Het wijnbouwgebied aan de rivieren Moezel, Saar en Ruwer wordt beschouwd als het oudste wijngebied van Duitsland. De Romeinen brachten de wijnbouw op grote schaal naar hier. Talloze artefacten, waaronder verschillende wijnpersen uit de Romeinse tijd, getuigen van de grote wijnbouwtraditie. Tegenwoordig ligt de helft van de wijngaarden op steile hellingen en terrassen met een helling van meer dan 30 graden. Langs de Moezel tussen Perl en Koblenz, aan de Saar tussen Serrig en Konz en aan de Ruwer tussen Riveris en het Ruwer-stadsdeel van Trier bewerken ongeveer 5.000 wijnbouwers in 125 wijndorpen 8.798 hectare wijngaarden. Vaak onder moeilijke omstandigheden. Nergens anders ter wereld zijn er meer wijngaarden met steile hellingen dan in het op vier na grootste wijnbouwgebied van Duitsland.